Aan de voet van de tempel - Reisverslag uit Palmyra, Syrië van Joost en Bianca Heijden - WaarBenJij.nu Aan de voet van de tempel - Reisverslag uit Palmyra, Syrië van Joost en Bianca Heijden - WaarBenJij.nu

Aan de voet van de tempel

Door: Joost

Blijf op de hoogte en volg Joost en Bianca

06 Mei 2010 | Syrië, Palmyra

Daar zitten we dan, aan de voet van de tempel van Bell. Camping Al Baider ligt direct naast de overblijfselen van de oude stad Palmyra. Volgens de Lonely Planet is dit dé bezienswaardigheid van Syrië. We zullen zien, morgenochtend.

Een terugblik op de afgelopen dagen. De laatste dag in Turkije was niet zo spannend. De grensovergang met Syrië daarentegen wel. Uit verhalen van anderen wisten we al dat het een heel gedoe zou worden. En dat is het ook geworden. Turkije uit was niet zo’n probleem, als je geen vrachtwagenchoauffeur bent tenminste. Ben je dat wel dan moet je achteraan aansluiten. De rij met vrachtwagens die wij passeerden was bijna twee kilometer lang! Syrië in daarentegen was een heel gedoe. Visa, dieseltax, verplichte verzekering, road tax, carnet de passage, etc. Voor alles is er een apart loketje. En betalen kan alleen met dollars bij de Syrische Bank, die ter plekke ook een loket heeft. Het eerder door ons gewisselde Syrische geld konden we daar niet voor gebruiken. Gelukkig lopen er echter ook een paar mannetjes rond die ons westerlingen vertellen wat we moeten doen, waar dat moet, in welke vorgorde, etc. Deze mannetjes worden door de overheid betaald, maar vragen uiteindelijk wel om een niet geheel vrijblijvende fooi. Zeg dat dan meteen, dachten wij, dan weten we tenminste waar we aan toe zijn.Voor dat geld regelen ze overigens ook nog een kop thee met de consul. Waar dat precies goed voor is weten we nog steeds niet, maar vervelend was het niet. Het kost alleen nog iets meer tijd. Nadat de security gevraagd was de auto niet al te grondig te controleren (die indruk wordt tenminste gewekt. Of het waar is zullen we waarschijnlijk nooit weten) konden we na drie uur eindelijk Syrie binnenrijden. Het echte Midden Oosten.

Het Syrische volk heeft de naam heel vriendelijk te zijn. En dat is ook zo hebben we ondervonden. Toen we bij de grens wegreden constateerden we dat de auto iets meer herrie maakte dan normaal. Het euvel was snel gevonden, een kapotte uitlaat. Geen klein gaatje dat eenvoudig dicht te stoppen is met Gun Gum, maar een pijp die net bij de verbinding met een ander stuk helemaal afgescheurd is. Gelukkig was het nog maar een kilometer of twintig rijden tot de camping. Daar in de buurt bleken genoeg kleine bedrijfjes te zitten die het probleem wel zouden kunnen verhelpen. Slechts 6 dollar voor het betere bak- en braadwerk met een lasapparaat en een stukje staal. Het mooiste komt echter nog. De garage bleek een familiebedrijfje en ze stonden er op dat we bij hen thuis zouden komen eten. Na enig aarzelen hebben we dat ook gedaan. Het huis bleek te bestaan uit niet meer dan twee kamers en een soort binnentuin. Afgezien van een paar kasten, een tv en een decoder (om de Spaanse voetbalcompetitie te kunnen volgen) stond er niet veel binnen. Zitten doe je tenslotte op een tapijt op de grond. Eten ook trouwens bleek enige tijd later, al werd er wel eerst een zeiltje op het tapijt gelegd voordat de schalen met gegrilde kippepoten en aardappel, het brood, de groene pepertjes en de tsatziki-achtige saus neergezet werden. Hoewel niet heel gezond of uitgebreid hebben we prima gegeten die avond. Maar vermoeiend was het wel, want heel veel Engels spraken ze niet, ook de zoon die later binnen kwam en dokter (lees: tandarts in opleiding) was niet. Als het aan hen had gelegen waren we ook nog blijven slapen, maar we hadden de camping al gereserveerd en eigenlijk vonden we het ook wel heel prettig om in ons eigen tentje te slapen en ’s morgens in ons eigen tempo op te staan…

De eigenaresse van de camping was Christel, een Belgische vrouw die getrouwd is met een Syrische man, maar geen Moslim geworden is. Met haar man spreekt ze Frans, maar met ons gelukkig Nederlands. Best handig als er iemand is die je in je eigen taal uit kan leggen welk busje je moet nemen naar de grote stad Aleppo en hoe je weer terug komt. Dat laatste bleek de volgende dag nog niet zo gemakkelijk. Maar na ons bezoek aan deze stad stonden we dan ook bij het verkeerde busstation. Om het gemakkelijk te maken hebben ze er minimaal drie, en staat alles in het Arabisch aangegeven. Gelukkig zijn de Syriers vriendelijk en behulpzaam. Zo ook de chauffeurs van de minibusjes die overal in en om de stad rondscheuren. Waar we naartoe moesten? Naar Al Ebzimo? Nee daar gaat geen busje naartoe. Maar voor 500 Syrische ponden (ca. 8 US dollar) willen we jullie er wel naartoe brengen. Ja ja, de heenweg kostte maar 40 pond, met zijn tweetjes! Gelukkig was er uiteindelijk een man die het op zijn fatsoen trok en met ons mee gelopen is naar een ander busstation even verderop. Hier regelde hij in een paar minuten ons vervoer, al vroeg ook hij teveel, 100 pond per persoon. Mooi niet, wij betalen alleen de normale prijs! En zo geschiedde. Meest typische is echter nog wel dat toen we de man een fooi wilden geven omdat hij ons geholpen had, hij deze resuluut weigerde. Op een of andere manier lijken ze daar hier te trots voor te zijn. Eerder hebben we iets vergelijkbaars ook al gehad met een bediende van een benzinepomp. Die probeerde ons eerst teveel te laten betalen. Maar toen hij na een opmerking hierover onzerzijds op zoek ging naar wisselgeld en we aangaven dat hij het bedrag best naar boven af mocht ronden weigerde hij dat. Rare jongens die Syriërs!

Na het bezoek aan Aleppo zijn we naar Krak des Chevaliers gereden, een kruisvaarderskasteel in het westen van Syrië. Gelegen (bijna) bovenop een berg, met een dubbele vestingmuur met water ertussen, vormde dit kasteel een vrijwel onneembare vesting. In tegenstelling tot veel andere kastelen is dit nog grotendeels intact. Als je er rondloopt is het niet heel moeilijk om je voor te stellen hoe het er ooit uitgezien moet hebben toen er 4000 kruisridders gelegerd waren. Misschien een idee voor het eerstvolgende Budneque-weekend heren Chevaliers?

Vanuit Krak zijn we pal naar het oosten gereden. Even leek het er op dat we met onze grote gele auto de Souq (bazaar) van Homs in zouden rijden, maar op dat moment besloten we toch maar om de gps even te negeren. Met wat omzwervingen door de stad kwamen we uiteindelijk uit op een weg die in de goede richting liep: verder naar het oosten, naar Palmyra, of zoals de Syriërs het noemen Tadmur. Een kaarsrechte weg van ruim 100 kilometer. Langzaam veranderde het landschap en maakten de plantages met keurig op een rij geplaatste olijfbomen plaats voor steen en zand. Langzaam verkeurde het landschap van groen naar bruin. Palmyra is een oase midden in de woestijn. Gelukkig staan er op de camping een hoop olijfbomen. En het heeft een zwembad. Vanmiddag hebben we daar dankbaar gebruik van gemaakt. De eerste keer in ruim vier weken! Enige minpuntje van de camping is eigenlijk de eigenaar. Ook die is hartstikke aardig. Misschien wel iets te aardig. Omdat we vandaag besloten hebben Damascus over te slaan, en daarmee het bezoek aan de hammam, leek diens aanbod om ons te masseren wel wat. Dat deek hij met een soort klei, die je daarna in de zon moet laten drogen alvorens hem van je lijf te wassen. Over de massage en de klei hebben we niks te klagen. Alleen jammer dat hij net iets te veel aandacht besteedde aan Bianca’s vrouwelijke vormen. Niks ernstigs, en toen ze er iets van zei hield hij er ook mee op, maar wel jammer. Jammer ook dat er uiteindelijk een niet mis te verstane opmerking voor nodig was om hem begin van de avond duidelijk te maken dat we het niet op prijs stellen als hij elke tien minuten langs komt bij het zwembad, de auto, of waar we op dat moment dan ook zijn om te proberen toch een afspraakje met Bianca te maken. En toen we vandaag weggingen (nadat wederom geprobeerd was om ons meer te laten betalen dan afgesproken) informeerde zijn collega ook al of hij een kusje van Bianca kon krijgen. Niet dus. Op sommige plaatsen slaat de Syrische vrendelijkheid blijkbaar iets te ver door!


  • 06 Mei 2010 - 10:54

    Marleen:

    Super om zo bij mensen thuis te zijn!
    Dat is echt reizen, ik ben jaloers....
    Niet op de campingeigenaar overigens ;-). Heb een vergelijkbare ervaring gehad in Rhodos, niet fijn!

  • 06 Mei 2010 - 10:54

    Marleen:

    Oh ja we hebben jullie overigens wel gemist op het wilhelminaplein op 30 april :-(
    Was dit jaar sowieso niet leuk daar. Lichtplein was wel erg geslaagd.

  • 06 Mei 2010 - 11:21

    Antoon:

    Dus ook in Syrie kan het beste uitleggen waar je vandaan komt door Robben, Sneijder en Huntelaar te noemen? Dat was zelfs in KL zo.

    We hebben jullie ook gemist bij de huldiging van PSV. En de huldiging zelf ook dus.... :(

  • 06 Mei 2010 - 15:35

    Marijke Reijnen:

    Wat superleuk om jullie reisverslag te lezen en zo jullie avonturen te volgen. We zijn heel benieuwd naar het vervolg en wensen jullie van harte een goede voortzetting van de tocht. Geniet ervan!!

    René en Marijke

  • 07 Mei 2010 - 08:08

    Yvonne:

    Ja zo maak je nog eens wat mee met de Syrische vriendelijkheid! Zo te lezen staan jullie je mannetje iig wel ;). Ik ben benieuwd naar wat jullie nog meer zullen meemaken!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Joost en Bianca

Op 5 april 2010 ging een droom in vervulling en vertrokken we met onze knalgele Toyota Landcruiser uit Eindhoven om in acht maanden tijd via Turkije, het Midden-Oosten, en Oost-Afrika naar Kaapstad te rijden. Gaandeweg kwamen we er achter dat dit plan niet helemaal bij ons paste en besloten we de reis in stukken te hakken. In september 2010 parkeerden we de auto dan ook op de rozenkwekerij van vrienden in Kenia en vlogen we naar huis. In juni 2011 kwamen we terug om onze reis te vervolgen. Zes weken hebben we door Kenia, Tanzania en Malawi gezworven alvorens we de auto nogmaals parkeerden, ditmaal bij een lodge van een Nederlander in Malawi's hoofdstad Lilongwe. En volgend jaar? Het oorspronkelijke plan volgen en naar het westen doorsteken (Zambia, Botswana, Namibie)? Of aan de oostkant blijven en via Mozambique naar Zuid-Afrika rijden? We weten het nog niet. Hoeft ook niet. We hebben nog wel even om plannen te maken ;-)

Actief sinds 26 Maart 2009
Verslag gelezen: 312
Totaal aantal bezoekers 128423

Voorgaande reizen:

16 Juni 2011 - 27 Juli 2011

Eindhoven - Kaapstad

Landen bezocht: